Een overzicht van de belangrijkste Duitse en Europese normen voor de trappenbouw.
Bekijk hoe snel het werktDe belangrijkste Duitse norm voor trappen is al jaren de DIN 18065. Deze wordt ook vaak gebruikt in andere Midden-Europese landen zonder eigen regelgeving.
De DIN 18065 geldt algemeen voor alle trappen in de bouw, bijvoorbeeld in en aan gebouwen. Deze geldt expliciet niet voor trappen op machines of installaties, zoals geregeld in DIN EN ISO 14122-3.
De DIN 18065 geldt dus ook voor vluchttrappen aan gebouwen. Omdat deze er visueel vaak uitzien als trappen op machines en installaties ("industrietrappen"), wordt dit vaak niet herkend en worden deze trappen verkeerd uitgevoerd.
Deze norm onderscheidt tussen gebouwen in het algemeen en gebouwen met maximaal twee woonunits. Deze laatste komen ongeveer overeen met gebouwklassen 1 en 2 van de MBO, maar vallen niet exact samen.
De huidige versie is de licht gecorrigeerde editie van juni 2011.
De EN 14122-3 is een Europese norm. Deze geldt voor alle trappen en trapladders op machines en installaties, evenals voor trappen aan gebouwen die speciaal dienen voor toegang tot deze. Hierin worden ook alle maten enzovoort voor de typische leuningen met voet- en knielijsten geregeld.
Begripsdefinities en regelgeving over maten (bijv. stapmaatregels) zijn vergelijkbaar met DIN 18065, maar helaas niet gelijk. Dit komt waarschijnlijk doordat het om twee verschillende normcommissies gaat. Momenteel ligt er een nieuw ontwerp voor deze norm.
Deze norm stelt ook sterkte-eisen voor leuningen vast en beschrijft de controle daarvan.
Deze norm is ingetrokken!
Deze norm richt zich specifiek op geprefabriceerde betontrappen. Daarbij staan in de eerste plaats materiaaleigenschappen, test- en certificatieprocedures centraal.
Deel 1 van DIN 18040 behandelt de planningsgrondslagen voor openbaar toegankelijke gebouwen. Trappen spelen hierbij een belangrijke rol.
Deel 2 van DIN 18040 behandelt de planningsgrondslagen voor woningen. Hierin zijn ook trappen van toepassing.
Hier worden trappen in de buitenruimte in sectie 5.4.4 behandeld.
Deze norm gaat over klassieke roosterstappen, die niet alleen voorkomen bij trappen op machines en installaties, maar ook bij vluchttrappen.
Net als deel 1 van deze norm richt dit zich op roosters van plaatprofielen.
Het laatste deel van de norm behandelt stappen van kunststof.
In deze norm worden trappen slechts beperkt genoemd. Akoestische eisen voor trappen zijn daarnaast vaag geformuleerd.
Een norm die zich uitsluitend richt op begripsdefinities van houten trappen in Duits, Engels en Frans.
Opmerking: er worden maar weinig termen gedefinieerd, en sommige zijn twijfelachtig (zoals „balustrade“ voor leuning).
Een norm specifiek voor vloortrappen.
Gedetailleerde norm voor eisen aan traditioneel (handwerklijk) vervaardigde massief houten trappen die niet onder de regelgeving van ETAG 008 vallen. Dit zijn in Duitsland trappen zoals uitgevoerd volgens het regelwerk „Handwerklijke houten trappen“.
Hierin staat een gestandaardiseerd methodiek voor de statische berekening van houten trappen. De norm is op Europees niveau aan het worden besproken.